Verslag ronde 6

UVS 1 – ESV 1

Na onze overwinning op Accres Apeldoorn-2 hadden we ons ineens van de laatste plaats opgewerkt naar de vijfde (maar je kan ook zeggen naar een gedeelde laatste: zes clubs hadden vier matchpunten maar wij de meeste bordpunten). Nu stond UVS op het programma, de nr. twee met slechts een half bordpunt minder dan groepsfavoriet Venlo. Toch had ik het voorgevoel dat het wel eens een ruime overwinning voor ons zou kunnen worden. UVS had weliswaar Venlo verslagen maar verder alleen clubs uit de onderste helft gehad. Frans vond het maar vreselijk gevaarlijk om met zulke hooggespannen verwachtingen de wedstrijd in te gaan maar optimisme kan ook een kracht zijn. Voor Bas was het een speciale wedstrijd: voor het eerst van zijn leven zou hij in  een teamwedstrijd zijn broer Ruud ontmoeten. Dat die op bord acht was opgesteld, optimaal ver verwijderd van Bas op het eerste, zou best wel eens beleid kunnen zijn… Voor mij was het ook bijzonder: een halve eeuw terug begon ik bij UVS als mijn eerste schaakclub. Dat was toen het kleine broertje van SMB (waar ik een paar jaar later naar overstapte) maar intussen zijn de rollen grondig omgekeerd: SMB speelt nog maar een bescheiden rol terwijl UVS hoge ogen gooit in onze klasse. Op de heenreis kon Rene niet op de naam komen van de pianist die Miles Davis op Kind of Blue begeleidde en vreesde dat hij daarom(!) zou gaan verliezen. Gelukkig viel ons de naam Bill Evans in en Rene’s zelfvertrouwen was weer terug.

Vóór de wedstrijd hadden we het nog even over de manieren waarop je je tijdens de partij kunt concentreren. Mijn ervaring is dat het nuttig kan zijn om af en toe eens achterover te leunen om de stelling –ook letterlijk- vanaf een afstandje te bekijken. Frans wees op Kotov’s regel één (uit Play like a Grandmaster): denk tactisch als je aan zet bent, denk strategisch als je tegenstander dat is. Boeiend!

Het wedstrijdverloop:

Het eerste punt bracht Alessandro al snel binnen tegen Bas’ broer. Er kwam een opening op het bord die veel theoriekennis vereist. Die had Alessandro wel maar het kostte veel moeite om die paraat te krijgen. Na een onschuldig vergissinkje van zijn kant mondde zijn dynamisch overwicht uit in een blunder die hem een volle kwaliteit en een vol punt opleverde.

Meteen wist ik de stand gelijk te trekken: met lichte verbazing kreeg ik met zwart (ik had me op wit voorbereid) hun kopman Joost Retera tegenover me. Al snel was ik tevreden met mijn stelling: tegen zijn Torre had ik de witveldige lopers geruild en een voorlopig onaantastbaar paard op d5 genesteld dat als een paraplu de zwarte stelling in bescherming nam. Tegenover deze positionele subtiliteiten was wit onbekommerd aan een stormloop met g4 en f5 begonnen. Dat zou een leuke botsing van opvattingen kunnen worden ware het niet dat ik vreselijk blunderde, e6 en daarmee de steunverlaat op d5 kwijtraakte en zonder een spoor van tegenkansen. Gelukkig gaf ik ook nog mijn toren op a8 weg zodat hopeloos tegenspartelen me bespaard bleef.

Toch bleef de door mij voorspelde ruime overwinning mogelijk. Op de terugreis in de trein merkte iemand op dat er eigenlijk niemand een overtuigende overwinning zonder mitsen en maren had behaald waarop Boris volkomen terecht zijn wenkbrauwen optrok. Hij had namelijk zeer overtuigend zijn tegenstander rechtstreeks van het bord gekanonneerd. In een Draak ruilde hij zwarts loper op g7, speelde de h-pion op en mende zijn paarden de zwarte stelling binnen. Het zag er zo eenvoudig uit…Maar dat doen de partijen van Carlsen ook.

Fred is Fred. Binnen de kortste keren had hij een ongebruikelijk spellingstype op het bord waarin zijn tegenstander zomaar een paard op c6 mocht planten. Fred is zeer inventief in concrete stellingen; hij bezorgde wit twee dubbelpionnen en een geïsoleerde. Toen ook nog zijn toren op de tweede rij verscheen gaf wit in een materieel gelijke stelling maar op.

Met zijn tegenstander Anton van Rijn aan zet had Frans zijn typerende pose achter zijn stoel aangenomen: armen over elkaar, de benen iets gespreid en strategisch denken maar. Eerst dacht ik dat zijn partijverloop iets zou zijn van: wit sloeg op c6, zwart sloeg terug en het werd remise. Maar niets daarvan: op Karpoviaanse wijze wist Frans met wit in het voordeel te komen. De thematische opmars e4-e5 zou hier concreet vorm aan hebben gegeven maar Frans aarzelde. Routinier Van Rijn wist hierdoor de bordjes te verhangen maar raakte in flinke tijdnood. Frans benutte dat door een venijnige tactische riposte te plaatsen. Dat dacht hij tenminste maar bij de analyse achteraf bleek die riposte zomaar winnend te zijn! Met het toreneindspel met twee pluspionnen had Frans geen moeite.

Vier punten waren al binnen en uit de overige drie partijen zou toch wel een halfje te halen zijn, was het understatement. Bas en Rene stonden gewonnen; Ankit had het moeilijk.

Ankit op twee: een verrassende maar terechte keuze. Hij groeit maar door en een plafond is niet in zicht. Het leek erop dat hij met zwart zijn tegenstander aan het overspelen was: een pluspion, nóg een maar wit had wel compensatie. Zoveel zelfs, werd duidelijk, dat hem slechts een eindspel restte met maar twee pionnen voor een loper. Ondanks heldhaftig verzet bleek dit hopeloos.

Bas had zijn tegenstander een achtergebleven c-pion bezorgd. Eigen schuld, moet je ook maar geen Tarrasch spelen. Bas’ techniek kennende was het geen verrassing dat die c-pion eraan ging. Bas kon afwikkelen naar een dame-eindspel met ieder f-, g- en h-pion en voor Bas een extra pion op d4. Of dit gewonnen is? What would Oprah say? Voor de zekerheid deed Bas het anders maar ook zo wist zijn tegenstander met remise te ontsnappen.

Rene tenslotte was zeer ontevreden met zijn overwinning. In het belang van het team had hij een veilige winstweg gekozen waar hij op de club zeker de spectaculaire zou hebben genomen. Hij meende daardoor een directere winst te hebben gemist en moest nu met minder dan een minuut een eindspel van paard met ver opgerukte pluspion tegen toren winnen. Dat deed hij. Je ergernis opzij zetten in het belang van het team: dank dank! Achteraf bleek Rene steeds gewonnen te hebben gestaan, nu eens wat meer, dan weer wat minder, maar toch.

Dus inderdaad een klinkende overwinning: 5½  – 2½. Begonnen we vóór deze wedstrijd op de gedeelde vijfde plaats, nu staan we… op de gedeelde vijfde plaats! Maar degradatiegevaar is er nog slechts theoretisch.

Jos Sutmuller

 
         
T UVS

2120

Eindhoven

2168

1. Dennis Arts

2047

FM Bas van de Plassche

2396

½

½

2. Tjapko Struik

2269

Ankit Majhi

2151

1

0

3. Anton van Rijn

2205

IM Frans Kuijpers

2225

0

1

4. FM Joost Retera

2304

Jos Sutmuller

2109

1

0

5. Pim Haselager

2143

Rene Moonen

2150

0

1

6. Lars Kurstjens

2010

FM Fred Hallebeek

2204

0

1

7. Pepijn van Erp

1985

Boris Friesen

2065

0

1

8. Ruud van de Plassche

2001

Alessandro di Bucchianico

2048

0

1

             

 

1 gedachte op “Verslag ronde 6

  1. Pingback: Uitslagen zaterdagcompetitie | Eindhovense Schaakvereniging

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *