Verslag ronde 3

Het meest subjectieve verslag is natuurlijk geschreven door de speler zelf:

Ad:
Op bord 1 speelde Ad zoals verwacht tegen Alessandro (ook clublid bij Eindhoven). Na de Nimzo-indische opening ontstond een gelijkwaardige stelling. Na de zet Ld2 bleek Ad min of meer in de voorbereiding van Alessandro te zijn terecht gekomen, zo verklaarde deze achteraf. Hij bleek zich namelijk op Albert Coenen te hebben geprepareerd en die speelt Ld2 al op de vierde zet. In het middenspel koos Ad voor een loperafruil en daarmee voor het verkeerde plan. Na een blunder door concentratieverlies bleek pionverlies en daarmee partijverlies helaas onvermijdelijk en stonden we met 1-0 achter.

Peter:
Peter kreeg op bord 2 te maken met het Blackmar-Diemer gambiet. Na wat logische ontwikkelingszetten en niet bijzonder ambitieus spel van wit leek hij gewoon een gezonde pion voor te staan. Maar in een poging het loperpaar te bemachtigen zag hij wat aanvalskansen over het hoofd, waarna het snel bergafwaarts ging. Hij besloot een kwaliteit op te geven en met loperpaar tegen toren+paard het eindspel in te gaan, wat remise te houden moest zijn. Helaas ging ook dat niet helemaal als gepland, en een paar zetten later was het loper tegen toren met als kers op de taart ook nog een extra pion voor de tegenstander. Die verzonk vervolgens 5 minuten in diepe concentratie waarin hij uitrekende dat hij de toren op kon geven en daarna eerder promoveerde dan zwart. Gelukkig voor ons had hij zich verteld, en Peter kon net op tijd zijn pion op h2 en koning op g2 krijgen. De koning van wit was niet dichtbij genoeg, dus de witte dame kon in haar eentje promotie niet voorkomen en remise was het gevolg. Al met al een spannende, maar niet erg accurate partij. Genoeg reden voor Alessandro om tijdens de analyse beide spelers straftraining op te leggen.

Hans:
Onderstaand doe ik kond van mijn teloorgang in het Breugelse.
In een B10 Caro-Kann speelde ik in eerste instantie op behoud van het loperpaar, waarop zwart de stelling behendig dichtschoof. Zwart ging voor aanval op de damevleugel en wit op de koningsvleugel waarop zwart ook daar de boel dichtschoof. Te laat realiseerde ik mij dat ik toch wel erg weinig speelruimte had en dat ik liever paarden zou hebben dan lopers. Op de 20e zet werd door zwart pas de eerste pion geslagen op de damevleugel en kwam er ruimte voor vrijer spel. Wegens congestie van mijn stukken op de koningsvleugel kon ik deze niet snel genoeg naar de damevleugel mobiliseren waardoor pionverlies onvermijdelijk werd. Bij een achterstand van uiteindelijk drie pionnen en een zwarte pion die op promoveren stond werd het tijd om op te geven.

Ron:
Zoals gezegd: het meest subversieve verslag komt van de speler zelf.
Ron won zijn partij weer eens als vanouds. Scherp, strijdlustig, standvastig en slordig op zijn tijd. Nooit eens vlijmscherp en vlekkeloos wel vaak verrassend en vilein.
Mijn tegenstander speelde Schots en ik dus Dh4. Na het verlies van zijn koningspion besloot hij de dames af te ruilen en met een pion minder de strijd aan te gaan. Op jullie niveau betekent dat geloof ik capitulatie, bij ons slechts: “Zwart komt met voordeel uit de opening.” Wegens twijfel aan kort of lang rokeren en ook de diep gewortelde, moeilijk te onderdrukken neiging de rokade als tempoverlies te beschouwen (ik word daar overigens voor behandeld) heb ik ook deze keer de koning in het midden gelaten waardoor mijn tegenstander nooit geheel kansloos was. Een diepverborgen plan waar een buitenstaander de portee van zou ontgaan als ik haar hier niet toe zou lichten, wil ik u niet onthouden. Ter leering ende vermaeck dus:

Stelling na 17.Pxb5

(Mijn tegenstander had overigens, om een dreigend vorkje af te wenden, een stuk gegeven voor twee pionnen, voor het geval u dacht dat ik toch een pion meer had)
Hier overwoog ik, uiteraard zou ik zeggen, 17…Lxe1 18.Pxc7+ Kd7 19.Pxa8 La5 maar meende angst te moeten hebben voor de drie verbonden vrijpionnen van wit.
Onzin Ronny! Vervolgens vatte ik het snode plan op het paard in de val te lokken zonder dat het mijn toren kon slaan. (Dat daarbij ook een toren geruild zou worden evenals in het eerste plan ontging mij natuurlijk volledig, maar dit terzijde) 17…c6?!  18.Pxd6+ Ke7 19.Ted1 Thd8 (Dat het paard nog via e4 kon ontsnappen kwam niet bij me op, gelukkig ook niet bij mijn tegenstander) 20.Pb7 Txd1+ 21.Txd1 Lb6! Nu heeft het paard geen velden meer en met Ta7 zou ik het spoedig kunnen arresteren. 22.a3 Ld5(?) om ontsnapping via veld d6 te voorkomen. Zo had ik het bedacht en zo ging het uiteindelijk ook maar er zit een lek. Magnus Carlsen, ik weet niet of hij deze rubriek leest, heeft het al gezien, voor u zal ik het onthullen: 23.Pd6 (toch!) Kxd6 24.c4 Pxc4 25.Lxc4 Ke6 en zwart blijft slechts één stuk voor en wint alsnog, maar zover was ik op zet 17 ook al. Plan mislukt, partij gewonnen. In de partij zelf liep het paard wel in de val en gaf Kuno op. Daarmee was ik de enige ESV-er die die dag in de avondcompetitie won. Een schrale troost.
Maar zeg mij, wat kan ik daar aan doen ?

 

 

Avond C1 Ronde: 3; Datum: 2012-11-15
5
Son & Breugel A5
5
5
Eindhoven B5
5
5
5
5
5
1.
Bucchianico di,A.(Alessandro)
2060
Rijsewijk van,A.(Ad)
1878
1
0
2.
Toirkens,K.(Kristian)
1805
Roozemond,P.(Peter)
1617
½
½
3.
Geboers,D.(Daan)
1794
Reusink,J.G.(Hans)
1482
1
0
4.
Swuste,K.(Kuno)
1256
Hoogstraten van,R.J.M.(Ron)
1489
0
1

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *