Tja, dat ben ik al jaren, en uiteraard te oninteressant om op deze site verder over te schrijven. Maar de KNSB vond het wel de moeite waard toen die in 1973 het dubbele van 50 jaar bestond om op het idee te komen ‘iets leuks te doen voor de oudere schaker (die later 50-plusser is gaan heten) in Nederland’. Iets dat nu, 50 jaar later, is uitgegroeid tot een officieel tweeledig kampioenschap voor Senioren (50+) en Veteranen (65+). Dit toernooi wordt elke zomer gespeeld in Dieren. Zeven ronden Zwitsers in de hoofdgroep (Elo >1900). Vijf ronden Zwitsers voor wie zichzelf wat lager inschat, elke dag één partij, in aanvullende groepen van 12, ingedeeld volgens rating. Het is vooral gezellig met mede daardoor een jaarlijks reünie-karakter. Ik heb daar zelfs drie schakers teruggezien die ik nog kende uit de Haagse schoolschaakcompetitie !
In 2006 deed ik voor het eerst mee, gewoon in de hoofdgroep als Veteranenkampioen van de NBSB, als afgevaardigde van Noord-Brabant naar het nationale kampioenschap. Uiteraard kwam ik niet hoog maar speelde wel remise tegen Coen Zuidema, ooit een keer kampioen van Nederland. Sindsdien is mijn niveau geleidelijk meer aan slijtage onderhevig geraakt. In 2014 stapte ik toen maar over naar de ‘gewonere’ schaakgroepen. In groep 1 werd ik toen eerste. Eindelijk een positief resultaat: een prijs van €60 na een inleggeld van €50 ! In de jaren daarna heb ik nog meerdere malen meegedaan maar niks meer gewonnen. Vorige maand had ik nog net een beginnersrating hoog genoeg om nog in groep 1 mee te mogen doen waar ik de oudste deelnemer was. Toch nog een aardig resultaat: 50% met tegenstanders met gemiddeld rating1947.
Mijn vlotste partij was die tegen de Fries Hedde van Popta, die ik 10 jaar geleden ook al trof waarbij het toen remise werd. Heel toevallig hadden wij nu exact dezelfde rating: 1882. Dit keer ging het hard in mijn (= zwart) voordeel:
Stand na de 14e zet van wit: 14 g3-g4?
Met de pion nog op g3 is het een bekend type stelling. De pion op a5 houdt de zwarte damevleugel in bedwang, en als wit kans ziet een loper of paard op b6 te positioneren zal het er wellicht mooi uit gaan zien voor wit. Maar in een eventueel eindspel wordt het een aanvalsdoel voor zwart. Maar wit speelt niet het voor de hand liggende Lc1-e3 maar wil meteen zwart gaan pletten op de andere vleugel. Daarbij vergeet hij de oude Siciliaanse wijsheid: ’Zwart staat meestal goed als die d5 kan doorzetten’. Dat is ook hier het geval:
14…d6-d5! 15e4-e5,Le7-c5+.16Kg1-h1,Pf6-d7 (meteen d5-d4 was ook prima geweest).17Dd1-e2,Lc5-a7!?(de computer geeft 17…Lb4 als beter, maar ik had niet verder gekeken dan 16Ld2 waarna de pion op a5 indirect gedekt staat. Maar na 16…Dc7-d8! om Pxd5 te voorkomen is de pion op a5 toch reddeloos). Maar ik moet op de koningsvleugel letten, iets wat ook wit al te enthousiast doet:18f4-f5? Ik had andere plannen, maar nu probeer ik eerst maar 18…La7-b8 om te kijken of er zometeen via de diagonaal b8-h2 wat te halen valt. Wit tuint erin:19Lc1-f4, terwijl die loper alsnog veel beter naar e3 had kunnen gaan. 19…Pd7-c5. En nu laat wit zijn laatste kans(D naar e3) achterwege en speelt 20Te1-f1 om aanval via de f-lijn en met dekking van zijn loper te combineren. Ik voerde nu eindelijk het plan uit om aanvallen via de c-lijn te combineren met aanval op de bijna ‘naakte’ witte koning: 20… d5-d4. Eigenlijk is het nu opeens helemaal uit. 21Pc3-e4. Zwart rekende op ‘gewoon’ 21…Pxe4, wat verrassend ook mis voor wit gaat door een verrassende kruispenning: 21Lg2xe4,exf5!Maar ik deed het nog eenvoudiger: 21…Lc6-b5 met kwaliteitswinst. Er volgde nog 22De2-f3,Lb5xf1.23Ta1-xf1,Pc5xe4.24 Df3xe4,Dc6xc2.25De4xd4,Tc8-c4.26Dd4-b6,fxg4.27Lg2-d5? Tc4xf4! En wit gaf op.
‘Boven de vijftig’ is ook de titel van een boekje uitgegeven door de KNSB over dit toernooi en geschreven door Peter Boel. De deelnemers dit jaar kregen het gratis, maar voor €10 kun je alsnog dit leuke boekje met allerlei anekdotes en schaakfeiten aanschaffen. Zo wordt uit de geschiedenis een boeiend schaakfragment getoond van onze voorzitter Hans Ouwersloot, die in de hoofdgroep twee jaar geleden verrassend tweede werd. En van Jacob Perrenet, sinds vorig jaar ook onze clubgenoot, staan er zelfs twee complete partijen in! Die is kennelijk niet in één partijfragment te vangen! Hij wordt beschreven als ‘Maastrichtenaar met een voorliefde voor bizarre openingen en een grote creativiteit’. We zijn dus gewaarschuwd!
Voor wie het boekje wil inkijken: ik zal het een paar keer meenemen naar onze clubavond.
Jan Toorman