Derde team houdt positie vast
Deze keer lieten de senioren het volledig afweten. Het begon rampzalig met een bedrijfsongeval bij Uw verslaggever: een ‘kleinigheidje’ over het hoofd gezien in de opening en het was meteen uit: binnen twee uur gebeurd. Bij Berghout begon het avontuurlijk 1. Pf3 f5 2.e4 fe4: en onze nestor hield er goede kansen tegen de verzwakte zwarte koningsvleugel aan over. Maar in de jacht op de zwarte koning verloor wit een stuk door een vork en in de jacht op tegenspel en stuk terug was het de witte koning die onder de voet werd gelopen, na 3 uur spelen. Heel bizar. Ondertussen werd Cees Versteeg’s koning belaagd door de witte dame, loper en paard, na een Morra-gambiet en een voor de hand liggend kwaliteitsoffer. Dat zag er rond de 25e zet al hopeloos uit. Tot overmaat van ramp zag Nico Schellingerhout een tactisch geintje over het hoofd: van een comfortabel eindspel met pluspion naar een ruïne. Na torenruil bleef er zelfs een direct verloren pionneneindspel over.
En zo stond het na vier uur spelen 4½ – ½, want Bouwmans had remise gemaakt na een onregelmatig Ben-Oni-achtig middenspel en pionwinst in het eindspel, maar het was net niet genoeg. Albert Coenen probeerde een zwarte meerderheid op de damevleugel tegen te houden (ook een onregelmatige Ben-Oni) maar toen hij daarin slaagde offerde zwart de witte koningstelling aan flarden. Ondanks een toren meer (machteloos buiten spel op de damevleugel) kon wit niet aan eeuwig schaak ontkomen en toen gaf hij zelf maar eeuwig schaak. Ook een bizarre partij.
Erik Pateer en Jos Rensen stonden goed: Erik bestreed ook al een Ben-Oni, maar hier was de damevleugel dichtgeschoven en wit ging er op de koningsvleugel tegenaan. Dat leverde beslissend materiaalvoordeel op. Jos Rensen had een op het oog zeer gevaarlijke koningsaanval afgeweerd en ging met 2 pionnen meer het eindspel in. Hij had bijna de volle speeltijd nodig om die te gelde te maken. En zo werd de score nog een beetje fatsoenlijk.
Harrie Steures
De Stukkenjagers 3 | 1880 | Eindhoven 3 | 1871 | 5-3 | |
1. | John Greunsven | 2040 | Albert Coenen | 1928 | ½-½ |
2. | Koen Haast | 1937 | Harrie Steures | 1915 | 1-0 |
3. | Sjo Smeets | 1889 | Cees Berghout | 1902 | 1-0 |
4. | Winifred Paulis | 1897 | Cees Versteeg | 1908 | 1-0 |
5. | Joost op ‘t Hoog | 1896 | Nico Schellingerhout | 1857 | 1-0 |
6. | Lex Karstens | 1840 | Erik Bouwmans | 1868 | ½-½ |
7. | Pepijn Obels | 1775 | Erik Pateer | 1792 | 0-1 |
8. | Ron de Veen | 1765 | Jos Rensen | 1798 | 0-1 |