Een bijzondere overwinning
Uit spelen tegen Stukkenjagers was echt een happening! In een groot statig recent vernieuwd gebouw traden de Tilburgers met maar liefst 5 teams aan waarvan wij Eindhovenaren er gelukkig maar 2 hoefden te bestrijden. Ons tweede tegen hun vierde zou gezien het ratingverschil op voorhand in ons voordeel moeten uitvallen. Maar de praktijk heeft wel eens anders uitgewezen. Hetzelfde gold trouwens voor hun derde team tegen ons eerste, enkele meters van ons vandaan. Want hadden wij met ons tweede niet ooit gemakkelijk gewonnen van hun derde?? Maar dat waren andere tijden, tijden waarin wij ook nog Jules hadden….
Het was mooi dat nu, vóór de wedstrijd, Jules gezamenlijk eerst werd herdacht!
Ikzelf kreeg daarna ongevraagd extra tijd voor verdere overpeinzingen: vooralsnog geen tegenstander. Nadat mij heel keurig was gevraagd of ze die mochten bellen kwam die toch nog na drie kwartier opdraven. Inmiddels had ik uit betrouwbare bron vernomen dat het een zeer tactische aanvalsspeler moest zijn tegen wie het mij goed moest lukken als hij eerst rustig was opgevangen. Wat nu? Ik bedacht ter plekke: met zwart buiten elk flitsend aanvalssysteem blijven, en zoveel mogelijk stukken op het bord houden in een soort egelstelling te beginnen met d6 en e6. Hij moest nu wel vanaf de eerste zet ook denken, terwijl ik er eindelijk achter kwam wat ik altijd al had geweten: je eigen denken speelt zich voor een belangrijk deel van de tijd af in de denktijd van de tegenstander. Dus : zijn bedenktijd is ook jouw bedenktijd…..Nooit echt aan gedacht. Nog minder had ik het vooraf voor mogelijk gehouden dat ondanks mijn opening al op de vijfde zet een gambietpion op d4 zou staan, die mijn tegenstander nooit terug heeft gezien. Zijn aanval kwam niet van de grond. Ik kreeg drie zware stukken onaantastbaar op de d-lijn wat werd omgezet in een eindspel met twee pionnenmoordende torens op de 2e rij. Toch kostte dit zoveel tijd dat ik als laatste klaar was en wel erg weinig van het spel van de overige Eindhovenaren heb gezien.
De volgorde waarin ze klaar waren weet ik dus niet, wel wat ze over hun eigen partij later rapporteerden.
Bord 1: Hans Bosschers tegenstander verdedigde zich na 1.d4 met de Hollandse verdediging en Hans kwam langdurig licht in het voordeel : zwart bleef met een slechte loper op b7 die alleen kon verdedigen. Maar dat deed die loper dan ook uitstekend en doordat wit een tactische pionzet (d5-d4) van zwart over het hoofd zag kwam die loper echt op stoom ; de rollen werden omgedraaid en wit zag geen kans meer om het vege lijf te redden. 0-1.
Bord 2: Bas Friesen: “Ik kreeg 1. d4,d5 2. Lg5 tegen. Out of book. Mijn tegenstander zat lang in zijn voorbereiding. Ik kwam er redelijk uit, maar dit kostte wel veel bedenktijd. Een remiseaanbod van zijn kant mocht ik accepteren, omdat we inmiddels aan meerdere borden goed stonden”. ½ – ½ .
Bord 3: We waren(en zijn) heel blij dat Jan Cox na lange tijd zonder wedstrijdroutine weer mee gaat doen! Hij ging er meteen hard tegenaan met een paardoffer waartegen zijn tegenstander alle zeilen maar ternauwernood kon bijzetten. Ik dacht juist dat het nu wel op remise zou uitdraaien toen Jan pardoes door zijn tijd ging: “Ik dacht dat ik na elke zet een increment zou krijgen….” ½ -2 ½ , en weer wat geleerd in de onderbond…..
Gelukkig bleef hierna de schade voor de rest van het team heel beperkt:
Bord 5: Jeroen speelde het mooist van het hele team door al snel een hele dame te vangen: zie zijn stelling na de12e zet van zwart (Lb4).
1½ -2½ .
Bord 6: Jochem was niet helemaal tevreden over zichzelf: “Ik had al heel vroeg in de partij het loperpaar tegen een dubbelpion. Dit was een onbalans waar ik op zoek naar was. Het vroege middenspel ging goed en ik kwam met zwart heel goed te staan. Echter, ik wilde het te mooi doen en heb een aantal keer de winst gemist. Het vervlakte in een gelijke stelling en ik bood met oog op de stand (we stonden ver voor) remise aan wat werd geaccepteerd door mijn tegenstander die zich taai had verdedigd. Een gemiste kans.” 2-3
Bord 7: Rik kreeg zijn favoriete spel op het bord waarbij hij op de witte koning afstormde met een pionnenwals. Volgens eigen zeggen haperde dit even maar toen zijn tegenstander de beste verdediging miste ging die alsnog de mist in. 3-3
Bord 8: Ad verbaasde zich over zijn tegenstander die in een aangenomen damegambiet dacht de c-pion te kunnen verdedigen met Pa5,en dit vervolgens volhield met andere damepionzetten ten koste van zijn verder ontwikkeling. Ad speelde er met dame en paarden gewoon omheen en dwong al gauw een glad gewonnen eindspel af. 4-3.
Als laatste was ikzelf klaar met een tegenstander die zich mat liet zetten zonder dat mijn inmiddels 3 pluspionnen naar de overkant hoefden. Eindstand: 5 – 3
Zo ziet de toekomst voor ons team na een aarzelende start dit seizoen er alsnog heel goed uit!
Jan Toorman
De Stukkenjagers 4 | 1810 | Eindhoven 2 | 1944 | 3 | 5 | |
1. | Erik van Ingen | 1874 | Hans Bosscher | 2058 | 1 | 0 |
2. | Lex Karstens | 1847 | Bas Friesen | 1939 | ½ | ½ |
3. | Arend Jan Meerwijk | 1748 | Jan Cox | 2001 | 1 | 0 |
4. | Kienfong Lie-Kwie | 1842 | Jan Toorman | 1996 | 0 | 1 |
5. | Joost op ’t Hoog | 1861 | Jeroen van de Put | 1987 | 0 | 1 |
6. | Jan Otten | 1706 | Jochem Berndsen | 1891 | ½ | ½ |
7. | Jean-Marie Wildeboer Schut | 1887 | Ad van Rijsewijk | 1819 | 0 | 1 |
8. | Carel van Alphen | 1717 | Rik van der Weij | 1863 | 0 | 1 |