Een welkome winst
Introductie
Zaterdag 2 april mochten wij onze uitwedstrijd spelen tegen De Combinatie 1, uit Asten. Lekker dichtbij, zeker vergeleken met Sas van Gent of Hilversum. Voor de wedstrijd begon ik toch lichtelijk bezorgd naar de stand te kijken, want we konden het ons niet permitteren om de drie laatste wedstrijden te verliezen. Met die insteek besloot ik dan ook maar om een tactische opstelling in te zetten, de eerste keer dit seizoen. Het feit dat onze tegenstanders ook van tactische opstellingen hielden speelde ook mee. Tot slot werd Bas de vorige keer gepiepeld door Jos Swinkels in een openingsvoorbereiding waar grootmeesters ‘u’ tegen zeggen, daar had ik niet nog een keer zin in.
Met onze drie topborden op de borden 4, 5 en 6 trokken we dus ten strijde. Eerlijk gezegd had ik niet verwacht dat zij hun sterkste speler op bord 1 zouden zetten en een eveneens sterke speler op 2. Een gedeelte van mijn (wellichtietstedoordachte-) plan viel dus al meteen in duigen. Wel speelde Bas tegen Astens nummer 2, Maurice Swinkels. Zoon van de eerder genoemde Jos. Daar had ik dan wel weer op gehoopt.
Een pittige eerste twee uur
Het begin van de wedstrijd begon aardig spannend. Alle wedstrijden begonnen langzaam en terwijl er op alle klokken nog maar zo’n 30 minuten over was, was de 20e zet nog maar amper behaald. Een tijdnoodkraker zat er aan te komen.
Onze Jos speelde op één tegen kopman Clevers een onkarakteristiek scherpe opening, waarbij Jos de tegenstander meteen naar de keel vloog om het centrum te bemachtigen. Wellicht dat de positionele drang voor het centrum hem daartoe aanzette, wellicht was het de pion die hij kon winnen. Hij won in ieder geval beide, een mooie start van de partij.
Op twee zette Ludo zijn tegenstander met zwart ook meteen goed voor het blok, waardoor ik ook hier wel vertrouwen kreeg in een goede uitkomst. Kiran stond eveneens prima.
De borden 4 tot en met 6 dan, waar onze sterkst gerate spelers zaten. Bij Bas kwam er een onschuldig ogende opening op het bord, waar Bas toch wel echt minder ruimte had. Ik vreesde dat zoon Swinkels ook bloed begon te ruiken. Op 6 stond Iwo eveneens met zwart behoorlijk gedrukt, ik had het idee dat er meer ruimte was gegeven dan behoorde in die opening. Op 5 probeerde ik met wit een nieuw idee uit dat ik een tijdje geleden had bestudeerd, ware het niet dat ik achteraf er achter kwam dat de theorie toch echt anders ging. Nou ja, ik kwam er in ieder geval niet gek uit. Toch verdampte mijn beoogde voordeel een beetje en had ik niet echt zicht op meer dan een halfje.
Op bord 7 en 8 kwamen Jeroen en Jan prima uit de opening, maar nog veel meer dan dat kon ik er niet van maken.
Een lucratieve tijdnoodfase
Zo net voor de tijdnoodfase begon de zon te schijnen op het bord van Iwo. Iets ging er fataal mis in de witte gelederen en de grote ruimtevoorsprong van wit bleek ineens vooral een grote zwakte te zijn. Iwo sneed er meedogenloos doorheen en tekende daarmee plots voor het eerste punt. 0-1
Kiran wist zijn tegenstander vervolgens twee pionnen te ontfutselen, het is me ontgaan hoe. De pionnenzee die Kiran overhield was voldoende om enerzijds zijn eigen koning te beschermen en anderzijds om zijn voordeel uit te bouwen. Hij beloonde zichzelf met een verdiend punt, want ondanks de vele goede potjes dit seizoen was een winst hem nog onthouden. 0-2
Achter mij had Jeroen al de hele partij een pionnenmeerderheid op de damevleugel, die zijn tegenstander dusver prima had geblokkeerd. Remise lag binnen bereik, maar de tegenstander liet de lopers op het bord. Juist de loper van Jeroen kon vervolgens de pionnen op de damevleugel helpen met doorbreken. De pionnen gingen lopen en de winst werd getekend. 0-3
Niet alleen Iwo wist onder de druk uit te komen, Bas lukte het ook. In een stelling waar ik het nog steeds niet helemaal vertrouwde, offerde Bas een tweetal pionnetjes op de damevleugel. Hij gaf zelf al aan dat het een mix tussen geluk en wijsheid was om dat te doen. Het resultaat was dat hij plots druk kon geven. Aangezien de witte koning van zijn tegenstander al lang geen pionnen meer om zich heen had als schutting, konden Bas’ stukken snel gevaar creëren. Onder de druk liep zijn tegenstander in een truc, waarna Bas het punt kon binnenhalen. 0-4
Eindeloze eindspelen
Met een erg gunstige vier punten voorsprong na de tijdnoodfase, hoefden we alleen nog maar een halfje binnen te slepen voor de winst. Dat moest wel lukken, want mijn tegenstander had een kwaliteit geblunderd een paar zetten voor de 40e zet. Ik had dus minimaal remise in handen. Toch was mijn partij niet het eerste klaar. Jos besloot dat de activiteit die zijn tegenstander had voor de pion en daarbij het feit dat zijn eigen loper niet al te best was, genoeg was voor remise. Hij bood dit dan ook aan. Zijn tegenstander observeerde de andere nog spelende borden even, maar besloot terecht dat een 4-4 uitslag er niet meer in zou zitten. Het werd dus 0.5-4.5
Vervolgens gingen de andere drie partijen er eens goed voor zitten. Ik stond dus een kwaliteit voor, Jan een pionnetje achter maar met actievere stukken en Ludo helaas ook een pionnetje achter. In principe was remise op alle drie de borden een logisch resultaat. Jan doorbrak de stilte als eerste en tekende na een tijdje aandringen alsnog de vrede. 1-5.
Diep in de verlenging speelden Ludo en ik nog door. Ik wilde winnen, Ludo’s tegenstander ook. Mijn tegenstander leek een vesting te hebben, maar omdat er tevens een soort van zetdwang in de stelling zat, kon ik die breken. Ludo had een paard en twee pionnen tegen een loper met drie pionnen. De partijen gingen door en de spreekwoordelijke rookwolken ontwikkelden zich. Toen die eenmaal verdwenen waren, bleken er toch twee winnaars overgebleven te zijn. Mijn tegenstander trapte, helaas voor hem, in de laatste truc die ik op het bord wist te toveren. Ludo overkwam ook zoiets. Einduitslag: 2-6 in ons voordeel.
Met 7 matchpunten kunnen we redelijk ontspannen de laatste wedstrijden spelen tegen de Limburgse clubs Venlo en Zuid-Limburg!
Bram Klapwijk