De glimlach van een kind doet je beseffen dat je leeft. Maar die van Henny mag er ook zijn. Henny was als laatste nog aan het spelen bij een stand van 3 – 4. Een half punt zou genoeg zijn om de matchpunten veilig te stellen. De heren speelden een obscure en tot op heden tamelijk onbekende zijvariant van het vierpaardenspel, namelijk die met de witte paarden op b4 en b5 en de zwarte op c4 en c5. Henny bestierde de zwarte paarden en had tevoren aangekondigd dat hij beter speelde naarmate er meer publiek omheen stond. Desondanks hielden wij ons hart vast. Bied remise aan en de punten kunnen mee naar huis! Gelukkig voor ons was het de man van Vianen die zich als eerste vergaloppeerde, vanaf de stelling op het plaatje was er al geen houden meer aan:
Op de weg terug mocht ik mij gelukkig prijzen bij twee bedaarde verliezers in de wagen te mogen plaatsnemen; naar verluid was Henny door het dolle heen. Het zij hem gegund, want met zijn verdiende overwinning hielp hij ons aan het beslissende punt. Hiermee hebben wij na drie ronden al meer matchpunten bijeengesprokkeld dan in heel het vorig seizoen!
Wat er aan voorafging:
Ewout 0 ; Arnold 0 ; Roeland 1 ; Cornelis 1 ; Karel 0 ; Ron 1 ; Paul 1 Dat wordt wel een heel kort verslag zo. Gelukkig hebben Ewout, Roeland, Arnold en Paul nog wat data doorgeseind.
De partij van Ewout, die naast mij zat aan het derde bord was om te huilen zo slecht. Van die zetten die het in de stap 4 en stap 5 boekjes altijd goed doen, maar in de praktijk anders bleken uit te pakken. Ik wil het er hier eigenlijk niet over hebben, maar misschien werkt het louterend. Zoals gezegd, ik zat er vlak bij en heb alles kunnen zien:
Arnold aan bord 1 bakte er niet veel méér van. Hij had wit en koos derhalve voor ‘de witte leeuw’ een van zijn favorieten. Zijn andere favoriete opening is overigens ‘de zwarte leeuw’ maar dat ging nu even niet. Arnold speelde te vroeg f4 (net als Ewout, zou het besmettelijk zijn?) en wachtte te lang met rokeren (net als Ewout). In gedrongen stand gaf hij pardoes een vol stuk weg (net als Ewout), waarna de leeuw een beetje tandeloos werd en eigenlijk beter op kon geven. Met het oog op de enorme deceptie die het team daardoor zou overvallen – Ewout had al heel snel moeten capituleren- ploeterde Arnold nog een tijdje door, bereikte nog een eindspel met een loper minder maar de 2 – 0 achterstand bleek onvermijdelijk.
Roeland en Cornelis lieten zich totaal niet uit het veld slaan. Wisten zij eigenlijk wel hoe laat het was ? Beiden zetten hun partij in winst om waarbij die van Roeland gedocumenteerd is. Over Cornelis zij nog vermeld dat hij onderweg was naar Vianen in de provincie Utrecht (dacht zeker dat het vierde in de KNSB competitie speelde…), er onderweg achter kwam dat ze daar geen Akkerstraat hadden en toen toch juist op tijd in Vianen (NB) de speelzaal betrad. Daar behield hij wel het juiste pad en wist, opmerkelijk feit, als enige met de witte stukken een overwinning te boeken. Roeland nu: “In de opening deed wit veel pionzetten, waardoor ik met zwart al snel een ontwikkelingsvoorsprong had. Op zet 9 had ik al een pion kunnen winnen. Helaas miste ik zowel op zet 9 als 10 Ld3. Daarna werden een paard, loper en dame afgeruild. Op zet 18 was wit vergeten dat zijn paard nog in stond en pakte een pionnetje met zijn loper. Dit leverde mij een vol paard op. Als wit de pion met zijn paard had gepakt, zou het nog redelijk gelijk staan. Met een stuk meer was mijn missie duidelijk: stukken afruilen en een pion naar de overkant laten lopen. Mijn koning stond nog achter de paaltjes, dus moest ik nog even opletten voor mijn achterste rij. Ik dacht vervolgens een toren te winnen, nadat wit zijn toren naar c1 speelde. Met mijn paard al in de hand om zijn koning en toren te vorken, zag ik plots dat het veld waar ik mij paard heen wilde spelen gedekt werd door een loper. Het paard had ik al aangeraakt en moest ik dus spelen. Gelukkig hoefde ik mijn extra stuk niet te offeren. Later dacht ik het stuk toch weg te moeten geven om mat te voorkomen. Echter had ik het eenvoudige 29. … g6 gemist. Gelukkig had ik twee pionnen meer en kon ik het vervolgens eenvoudig uitspelen.” Roeland vertrouwt op eigen kracht en kent weinig geheimen dus hier zijn de zetten:
Karel zag ik als volgt een kwaliteit verliezen: Wit (Karel) had een toren op a2 die werd aangevallen door de pionzet b3 gedekt door een zwarte toren op b8. De witte pion op a3 en een wit stuk op d2 verhinderden de toren te vluchten anders dan naar a1 of b2, c2 is vanzelfsprekend uit den boze. Omdat zwart een loper op de geheel vrije diagonaal h8 – a1 had klaarstaan (pion op g6, loper op g7 en kort gerokeerd) kon de toren geen kant op. Omdat het voor Karel ook niet mogelijk bleek zelf die diagonaal over te nemen met zijn zwartveldige loper en/of dame had hij onvoldoende compensatie voor deze ongelijke ruil en moest daar tenslotte in berusten. 3 – 2 voor Vianen en Paul, Ron en Hennie mochten welgeteld nog een half punt verspelen.
In de mailwisseling na afloop trof ik deze passage: “Gelukkig waren er een aantal mooie overwinningen, Cornelis, Roeland en zelfs Ron”. Van je teamgenoten moet je het hebben. Hier is de overwinning van Ron. Op zet 22 was Ta5 winnend; zwart wint de loper of twee pionnen, maar dat ging mijn rekenkracht te boven. Ik vreesde de toren in te laten sluiten. De mooiste zet vond ik zelf 9… Lb4+! Niet vanwege de zet an sich, maar vanwege het langetermijnplan dat daar geboren werd en wonderwel bleek uit te pakken: de zwartveldige lopers afruilen en wits andere loper zo veel mogelijk hinderen door zijn centrumpionnen vast te leggen op de witte velden. Het veld d4 lonkte reeds naar mijn paard en toen ik wits laatste paard ‘wist af te ruilen’ (Gedwongen, 12…Lxe4 is de enige goede zet. Hier speelt de tegenstander mij in de kaart.) werd die lokroep des te sterker. Na zet 16 hoefde ik alleen nog maar te bewijzen dat mijn paard sterker was dan zijn loper en dat mijn concept deugdelijk was. Het venijn zit hem in dat ‘alleen nog maar’. De consequenties van 25.Td5 en de witte doorbraak had ik eerlijk gezegd onderschat, maar het briljante 33…Pb5 maakte veel goed. Ik mocht het met een pion meer en nog steeds het mooie veld d4 ter beschikking verder afmaken. En ja, ik heb 51…Pb3! overwogen, maar gemeend geen risico te moeten nemen. Best lang geleden dat ik 45 zetten vooruit heb gedacht..
Paul tenslotte wist in de opening op strategische wijze een pionnetje te verschalken en op de 43e zet nog een. Met twee pionnen ver uit elkaar en ieder nog een toren zag ik aanvankelijk de torens zich om de ene pion bekommeren en de koningen zich om de andere. Dat leverde wat heen en weer geschuif op. Gelukkig zag Paul dat het zo niet langer ging, posteerde zijn toren tussen de beide pionnen in en liep met zijn koning naar de andere pion, de witte koning vertwijfeld achterlatend. Met gezamenlijke ondersteuning kon hij dan de pion op de damevleugel laten oprukken waarna het pleit beslecht was.
P.S. De aanwezige wedstrijdleider werd nog belaagd door een onverlaat uit Delft uit onvrede over zijn beslissing. Het fijne weet ik er niet van, maar hier kunt u het verhaal van de kant van Delft lezen. Ik hoop dat het nog een staartje krijgt want wedstrijdleiders horen mijns inziens niet bedreigd of betast te worden in een zaal vol schakende medemensen. (Wie zat daar trouwens achter het achtste bord bij Delft ?*) Diezelfde wedstrijdleider had eerder aangekondigd dat er geen telefoons in de speelzaal te zien mochten zijn. Gelukkig had ik mijn fototoestel meegebracht, zodat ik Henny en zijn stelling kon vastleggen.
Ron van Hoogstraaten
p.s. Het misplaatste gedrag van de man uit Delft is op twaalf december uitgemond in een afwijzing van zijn protest. Ik mis nog een berisping, maar misschien kunnen zijn teamgenoten hem eens wat heropvoeding geven. Dit hoort niet thuis bij het schaken !
Vianen/DVP 3 | 1470 | Eindhoven 4 | 1528 | 3 | 5 | |
1. | Marcel Lever | 1768 | Arnold van der Heijden | 1683 | 1 | 0 |
2. | Gerrit Gerrits | 1708 | Henny Valks | 1520 | 0 | 1 |
3. | Stan Jacobs | 1619 | Ewout Snoeck | 1518 | 1 | 0 |
4. | Mario Langeveld | 1534 | Ron van Hoogstraten | 1499 | 0 | 1 |
5. | Arnold Hoekstra | 1560 | Karel Jeurissen | 1576 | 1 | 0 |
6. | Guus Bens | 1421 | Roeland Wildemans | 0 | 1 | |
7. | Sybren Reitsma | 929 | Cornelis Korver | 0 | 1 | |
8. | Jaap Stork | 1218 | Paul Schaffer | 1375 | 0 | 1 |
* W.J. (Walter) Anema 7040286 niet te verwarren met: W.J. (Walter) Anema 8071866 !