Verslag ronde 2

Schaken in een voetbalstadion. Waar hebben we dat eerder gezien? Precies, in Eindhoven. De grootmeesters uit de hoofdgroep van het Tata Steel toernooi speelden in 2019 hun vijfde ronde in het PSV stadion. Dit geschiedde in een zaal hoog in het stadion met een prachtig uitzicht op de grasmat. Dat leek mij ook wel wat: schaken met zo’n uitzicht. Tijdens het wachten op de zet van de tegenstander een blik over het lege stadion werpen. Filosoferend over hoe de aanwezigheid van een groot aantal verhitte hoofden de sfeer aanzienlijk kan veranderen. Zoekend naar mogelijke gelijkenissen tussen voetbal en schaken, want een voetbalwedstrijd kan klaarblijkelijk een schaakpartij zijn. Andersom ook? En welke rol speelt de tijd daarin? Afijn, een voetbalstadion biedt een fascinerende omgeving voor een schaakpartij. Ik kon mijn geluk niet op toen ik vernam dat wij onze tweede wedstrijd van het seizoen in een voetbalstadion zouden spelen. Zoals u begrijpt natuurlijk niet het PSV stadion, maar de tribunes van stadion de Geusselt zouden toch beter zijn dan menig donker zaaltje. Voor hen die niet zo thuis zijn in de voetballerij, in dit stadion voetbalt MVV uit Maastricht haar thuiswedstrijden.

We hadden dus een uitwedstrijd in Maastricht op het programma. Op voorhand zou dit geen makkelijke middag worden. Maastricht is veruit het sterkste team uit onze poule en wist deze favorietenrol in de vorige ronde ruimschoots waar te maken met een klinkende 8-0 overwinning. Geen makkelijke middag in het vooruitzicht. Maar de bal is rond. Eenmaal aangekomen in de speelzaal bleek er geen sprake te zijn van schilderachtige uitzichten over een leeg stadion. Een zaaltje met drie muren en een glazen wand met uitzicht op een andere muur was ons lot. Met gezonde teleurstelling zocht ik mijn collega teamleider op om de opstellingen uit te wisselen. Dat bleek een oude bekende. Bas Pasterkamp heeft namelijk in 2019 een paar blauwe maandagen meegedaan met onze interne competitie. Misschien wel geïnspireerd door de vijfde ronde van het Tata Steel toernooi. Toen ik mijn blik over de borden liet gaan was ik verrast. Daar zag ik de reden waarom we geen uitzicht hadden op de groene weide. Op de borden stonden namelijk veruit de grootste paarden waar ik ooit mee heb geschaakt. Niet alleen de paarden waren van bijzondere allure. Ook de koning, dame en lopers vielen op. Allen droegen een mutsje in de kleur van de stukken van de tegenstander. De teleurstelling van het ontbreken van een mooi uitzicht verdween als sneeuw voor de zon, want we zouden deze middag met echte Staunton Zagreb stukken spelen.

Na enkele zetten tekende zich al snel het beeld van een heuse themamiddag af. Op vijf van de acht borden kwam er namelijk een Siciliaan op het bord. Ook op de overige borden was van symmetrisch geschuif geen sprake. We hoefden dan ook niet lang te wachten op het eerste resultaat van de middag.
Jos, die nog iets goed wilde maken na de vorige wedstrijd, was als eerste klaar. Hij toverde een variant op het bord die hij vroeger grondig had bekeken en meende zich voldoende te herinneren om het te spelen. Op de zeventiende zet dacht hij een tactische grap te zien die hem een pion zou opleveren. Gelukkig reageerde de tegenstander niet optimaal en kwam Jos een pion voor. Vervolgens dacht zijn tegenstander de pion terug te winnen. Dat lukte, maar wel ten koste van een kwaliteit. Zijn tegenstander hield het voor gezien en wist niet hoe snel hij de stukken weer in de beginopstelling moest zetten en de speelzaal verlaten. Geen analyse dus voor Jos, maar gelukkig waren er nog genoeg spannende partijen om te bewonderen.

De volgende partij die eindigde was die van Pedro op bord acht. Met de zwarte stukken wist hij niet lekker uit de opening te komen en had wat gebrek aan ruimte voor zijn stukken. Een kleine verzwakking van de donkere velden met a6 was genoeg voor zijn tegenstander om grote problemen te veroorzaken. Wit speelde zijn paard via a4 naar b6 en kwaliteitsverlies was onoverkomelijk voor Pedro. Helaas wist zijn tegenstander ook met zijn dame de stelling binnen te komen en snoepte de b- en c-pion mee. Met een kwaliteit en twee pionnen achter was er geen eer meer te behalen voor Pedro. De stand was dus weer in evenwicht.

Op het zesde bord speelde ik een gevecht tussen de teamleiders tegen de al eerder genoemde Bas Pasterkamp. Een complexe stelling kostte ons beiden veel tijd en rond de twintigste zet begonnen zich de contouren van wederzijdse tijdnood af te tekenen. Voorlopig was ik dus aan mijn bord gekluisterd en kon ik de andere partijen nauwelijks volgen. Opeens eindigden er drie partijen snel na elkaar. Jos kweet zich van zijn taak en vulde snel het wedstrijdformulier aan. Ivan en Suyash hadden remise gespeeld maar Dennis moest het punt helaas aan zijn tegenstander laten. Van een vroege voorsprong waren we dus op achterstand gekomen.

Het laatste wat ik van Ivans partij had gezien was een vijandige toren die op de zevende rij was binnengekomen. Gelukkig wist Ivan het hoofd koel te houden en stuurde de partij naar de remise haven. De partij van Suyash leek vanaf het begin niet in remise te gaan eindigen. Zijn tegenstander speelde een opening die Suyash niet goed kende en al snel stonden zijn stukken wat onhandig in het centrum. Zelfs zijn koning wist daar niet weg te komen. De stukken van zijn tegenstander bewogen zich daarentegen naar agressievere velden en bouwden de druk op Suyash stelling langzaam op. Gelukkig wist zijn tegenstander de druk niet om te zetten in beslissend voordeel en na een afruil van stukken vervlakte de partij en ontsnapte Suyash met remise.

Dennis speelde een partij die ik niet goed kon taxeren door de enorme chaos op het bord. Dat bleek naar eigen zeggen een openingsexperiment te zijn waarin hij een gewenste onoverzichtelijke stellingsstructuur op het bord kreeg. In deze chaos vol slangenkuilen koos hij helaas voor het verkeerde pad. Zijn tegenstander wist dit bijna feilloos af te straffen. Om het volle punt binnen te halen moest hij zich nog wel door wat finesses worstelen. Dat lukte en Dennis moest een nul noteren. Zijn conclusie na de partij was helder: het openingsexperiment was gelukt en op één zetje na was het een goede partij, dus het experiment zal worden vervolgd.

Zoals al gezegd speelde ik een complexe partij waarin ik met zwart al snel het initiatief over kon nemen. De witte koningsstelling was licht verzwakt door een pion of f3 en ik had druk op de open e-lijn. Maar hoe kom je in zo’n stelling verder? Die vraag kostte beide spelers veel tijd waardoor we na ongeveer twintig zetten beiden nog ongeveer 25 minuten op de klok hadden. Toen de klok onder de vijf minuten kwam besloot ik vol voor een koningsaanval te gaan. Tegelijkertijd moest ik alert blijven op mijn achterste rij. Wit dacht met h4 mijn dame weg te jagen en de opmars van mijn h-pion te stoppen. Daarmee liet hij bewust de loper op g3 instaan. Hij dacht namelijk mijn paard op d8 terug te winnen. Helaas had hij gemist dat ik na het slaan op g3 zijn pion op h4 kon slaan met schaak en zo net op tijd mijn paard weer kon dekken. Met een stuk en een pion extra wist ik een hoop stukken af te ruilen. Het was alleen nog een kwestie van halen van de veertigste zet zonder kleerscheuren. Toen dat gelukt was gaf mijn tegenstander direct op. De stand was weer gelijk met nog twee partijen te gaan.

Loek had geheel in zijn stijl afgewikkeld naar een eindspel waarin hij een toren en een loper had tegen de toren en het paard van zijn tegenstander. Verder bezat zijn tegenstander een vrijpion op de a-lijn terwijl Loek een dubbelpion op de d-lijn had. Na wat goede zetten van Loek wist hij met zijn toren de vijandige stelling binnen te dringen. Dat leverde hem even later een paar pionnen op. Zijn tegenstander vocht als een leeuw om dit eindspel remise te maken. Toen dit bijna leek te lukken ging hij echter in de fout en wist Loek het punt netjes op het droge te halen.

Met deze tussenstand van 4-3 hadden we genoeg aan een remise van Jan op het eerste bord. Voordat ik in tijdnood kwam had ik snel even bij Jos poolshoogte genomen over de stand op de overige borden. Zijn oordeel was dat Jan wat minder stond. Na afloop van mijn partij was ik gaan analyseren met mijn tegenstander met in mijn achterhoofd dat Jan iets minder stond. Tijdens het analyseren bereikte mij het goede nieuws dat Jan niet meer zou kunnen verliezen. Zijn tegenstander bleek namelijk alleen nog maar een loper te hebben, terwijl Jan naast zijn loper ook nog over twee pionnen beschikte. Hoe was hij hier terecht gekomen? In het middenspel had Jan door een tactisch grapje een pion gewonnen. In het eindspel wist hij zijn voordeel langzaam uit te bouwen en wist af te wikkelen naar een lopereindspel met twee pluspionnen. Na vijf uur schaken in een zo goed als lege zaal beging hij zijn enige fout: “onnodig snel schakend vergat ik even dat glad gewonnen stellingen niet vanzelf winnen en was het plotseling remise”. Een kleine domper voor Jan, maar gelukkig overheerste de blijdschap na het binnen halen van het cruciale halfje.

De eindstand was 4½ – 3½ in ons voordeel. Hier had ik alleen van durven dromen: winnen tegen het sterke team van Maastricht. Door dit mooie resultaat staan we gedeeld eerste en hebben we al tegen de medekoploper en plaats drie gespeeld. Kortom, we bevinden ons in een zeer prettige uitgangspositie om te vechten voor het kampioenschap. In de volgende ronde nemen we het op tegen Blerick, die als enige nog puntloos is in onze groep.

Roeland Wildemans